Insecten in Amsterdam en omgeving  
 

De Bijen - orde Hymenoptera
[hymen is Grieks voor vlies: de vleugels zijn vliezig]

  algemene info bijen in de ivn-tuin andere websites en boeken
fotoalbum: sociale bijen:
hommels en honingbij
enkele voorjaarssoorten pootverzamelaars
bijen met
buikschuiers
Macropis europaea:
gewone slobkousbij
koekoeksbijen:
wespbijen
 
Startpagina
Inleiding
Insecten:
Haften
Libellen
Sprinkhanen
Wantsen en Cicaden
Gaas-, Elzen- en Schorpioen- vliegen
Dagvlinders
Nachtvlinders
Schietmotten
Vliegen en Muggen
Wespen
Bijen
Kevers
Overige insecten
Spinachtigen:
Spinnen
Hooiwagens

Overige ongewervelden

 

Bijen, wespen en mieren vormen samen de orde Hymenoptera, een orde met een volledige gedaanteverwisseling. De wespen worden apart behandeld, de mieren komen hier verder niet aan bod. Alle bijen, inclusief  hommels en honingbij, worden tegenwoordig in één familie ondergebracht, de Apidae.

Naast de gekweekte honingbij vormen alleen hommels kolonies, bij de hommels zijn deze éénjarig, alleen de bevruchte koningin overwintert en sticht in het voorjaar een nieuwe kolonie. Alle andere bijen zijn solitair, sommige soorten maken hun nesten wel bij elkaar in de buurt en vormen zo een soort aggregatie.

De larven van bijen zijn vegetarisch. De moeder ( of koningin en werksters bij hommels en honingbij) verzamelt hiervoor een mengsel van nectar en stuifmeel en heeft hiervoor meestal speciale voorzieningen om dit te vervoeren, vaak aan de achterpoten, soms ook aan de buikzijde van het achterlijf ( de buikschuiers). Er zijn ook koekoeksbijen, die niet zelf voedsel voor hun nageslacht verzamelen, maar stiekem het ei leggen bij een ei van een andere soort. De larve van de koekoeksbij komt eerder uit, eet het andere ei en de voedselvoorraad op.

Er komen in Nederland ruim 300 soorten voor, maar veel soorten zijn ernstig bedreigd, onder meer door teloorgang van leefgebied. De laatste jaren is er sprake van een wereldwijde ziekte onder honingbijen, waarbij volken massaal uitsterven. Over de oorzaken wordt gegist, de ziekte heeft de naam CCD (Colony Collapse Disorder) gekregen. Omdat de oorzaak niet bekend is, is het ook onduidelijk of wilde bijen hier last van hebben.


Wat doet een bij in de tuin?

Volwassen bijen voeden zich met nectar van bloemen, alleen vrouwen hebben ook wat stuifmeel voor de ontwikkeling van de eitjes nodig.  Voor hun larven verzamelen ze nectar en stuifmeel. Door deze leefwijze zijn het de bloembestuivers bij uitstek. In de loop van de evolutie heeft zich een heel samenspel van bij en bloem ontwikkeld, waarbij sprake is van wederzijdse afhankelijkheid.
Er zijn bijen met korte en lange tongen en dat bepaalt weer welke bloemen ze bezoeken voor de nectar. Lipbloemigen en vlinderbloemigen hebben diepliggende nectar en kan dus alleen door langtongige bijen bezocht worden. Onder de hommels hebben bijv. de tuinhommel en akkerhommel lange tongen, de aardhommels een korte.  Door inbraak kunnen de aardhommels toch bij dieper gelegen nectar komen: ze bijten een gaatje in de keel van de bloem en steken de tong daar doorheen.  Eenmaal een gaatje gemaakt, maken ook andere soorten daar gebruik van. Zo had de bloem het natuurlijk niet "bedoeld"!

Ook solitaire bijen maken nesten, waar ze per cel een klompje nectar met stuifmeel  in brengen en daarop een eitje deponeren. Veel bijensoorten, waaronder de zandbijen, nestelen in de grond, maar er zijn ook soorten die gebruik maken van allerlei holten en spleten in muren, rietstengels etc.  De laatste zijn de soorten die gretig gebruik maken van zgn. bijenhotels: blokken hout waarin gaten zijn geboord of bundeltjes holle stengels etc.

Bijen zijn super tuinvrouwen, die je graag in de tuin ziet!